Hoe ben je de handel ingerold?
“Mijn vader Piet was al varkenshandelaar. Toen hij op 50-jarige leeftijd overleed, heeft mijn zus de handel op zich genomen. Dat was in 1961 . Mijn broer Toon en ik waren nog te jong om mee in te stappen, maar zodra we de kans kregen, deden we dat. Ik was 19. Met zijn drieën hebben we de handel in Nederland uitgebreid. Annie koos op een gegeven moment voor een andere richting. Wij hadden de smaak te pakken en stortten ons vanaf 1974 op de export. Dat deden we onder de naam Gebroeders Govers BV. Onze eerste klant in het buitenland was Jurgen Nisch in Duitsland. Al snel volgden Frankrijk en andere Europese landen. We reden met groengele vrachtwagens. Die kenden ze op een gegeven moment in heel Europa.”
Hoe ontwikkelde het bedrijf zich vervolgens?
“We durfden risico’s te nemen. Dat onderscheidde ons denk ik. We probeerden telkens onze grenzen te verleggen. We deden ook alles zelf, van de handel tot de boekhouding. Alles ging met de Telex of de fax. Mobiele telefoons bestonden nog niet. Het was hard werken. Weken van 100 uur waren geen uitzondering en ook onze echtgenotes José en Hanneke sprongen bij waar nodig. Ook dat is een kracht geweest: dat we altijd een echt familiebedrijf zijn geweest. We hadden elkaar nodig. Toen Toon in 1998 overleed, is zijn zoon Pim mee ingestapt. We heetten toen al VAEX.. Als hij er niet was geweest, weet ik niet of ik het vol had gehouden. En datzelfde geldt voor Dirk, die in 2002 instapte. Het botste soms. Dat krijg je als je verschillende generaties bij elkaar zet. Maar ik ben ze allebei ontzettend dankbaar voor de verantwoordelijkheid die ze hebben genomen.”
In 2018 ging je met pensioen. Hoe bevalt dat?
“Ik heb mijn leven lang mijn ziel en zaligheid aan het bedrijf gegeven. Het bedrijf stond voorop. Altijd. Nee, dat is niet perse goed. Maar dat zat in de aard van het beestje. En dan ineens heb je zeeën van tijd over. Dat is wennen, om het maar eens zachtjes uit te drukken. Gelukkig mag ik nog steeds hand- en spandiensten blijven doen voor het bedrijf. En af en toe rijd ik nog eens mee naar het buitenland. Daar kan ik nog steeds ontzettend van genieten. Daarnaast ben ik toch maar eens wat hobby’s op gaan pikken. Ik ben gaan wandelen, fietsen en golfen en breng tijd door met de kleinkinderen. Ook zijn we een nieuw huis gaan bouwen. Stil zitten kan ik niet. Ik moet iets om handen hebben.”
Met welke gevoelens kijk je nu naar het bedrijf?
“Ontzettend trots. Vanaf 2005 zetten Dirk en Pim al de grote lijnen uit. Op een gegeven moment was het gewoon tijd voor mij om met pensioen te gaan. Dat was best lastig voor me, omdat ik werken altijd als hobby heb gezien. Maar Pim en Dirk vonden dat ik ook maar eens op een andere manier van het leven moest gaan genieten. Het is mooi om te zien hoe Pim en Dirk aan het bedrijf hebben gewerkt en het naar de tijd van nu hebben gebracht. Ik vind echt dat er een topteam staat, zowel in het vee als in de trucks. Dat heeft me absoluut geholpen om meer afstand te nemen van het bedrijf …”
Leuk weetje:
Leo zakte op de HBS voor talen. Intussen spreekt hij er 6: Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans en Italiaans.
Vier korte vragen aan Leo:
Wat is je favoriete stukje vlees?
Varkenshaasje
Wat is je lievelingsmuziek?
Nederlandstalig.
Waar ben je het meest trots op?
De kleinkinderen. Zij zijn een geschenk. Vroeger had ik weinig tijd voor de kinderen. De tijden waren sowieso anders. Nu geniet ik er echt van om tijd met hen door te brengen.
Waar heb je een hekel aan?
Aan te veel betalen en aan niks doen.